Ontslag op staande voet, toch transitievergoeding?

maandag 23 juli 2018

Kan een werknemer die terecht op staande voet ontslagen is, aanspraak maken op een transitievergoeding? Ja, oordeelt de Hoge Raad op 30 maart 2018.

De feiten
Een magazijnmedewerker verschijnt onder invloed van alcohol op de werkvloer. Zijn werkgever waarschuwt hem schriftelijk. Enige tijd later gaat de magazijnmedewerker opnieuw in de fout. Ontslag op staande voet volgt. De wettelijke term daarvoor is ontslag vanwege een ‘dringende reden’ .

De werknemer vraagt aan de kantonrechter in Den Haag het ontslag op staande voet te vernietigen. Of anders om een transitievergoeding en een billijke vergoeding. De kantonrechter wijst beide verzoeken af. De werknemer gaat in hoger beroep bij het Hof Den Haag. Ook het hof wijst de verzoeken van werknemer af.

Oordeel Hoge Raad
Vervolgens gaat de magazijnmedewerker naar de Hoge Raad. Eén van zijn klachten is dat het hof niets zegt over de vraag of hij recht heeft op een transitievergoeding, terwijl werknemer daar wel om vroeg. Naar aanleiding daarvan oppert de Hoge Raad dat het hof er misschien van uit ging dat bij een rechtsgeldig ontslag op staande voet nooit recht bestaat op een transitievergoeding. En dat het daarom niet nodig is daarover iets te zeggen. Vervolgens stelt de Hoge Raad dat dit een onjuist uitgangspunt is. Voor een rechtsgeldig ontslag op staande voet is niet vereist dat de werknemer verwijtbaar handelde. Om het recht op een transitievergoeding te verspelen, moet de werknemer juist wél ernstig verwijtbaar handelen. De Hoge Raad verwijst hierbij naar de wetsgeschiedenis van de Wet Werk en Zekerheid. Daaruit blijkt onder meer dat de wetgever bewust naast de term ‘dringende reden’ voor het ontslag op staande voet, de term ‘ernstige verwijtbaarheid’ introduceerde. Want de situatie die een dringende reden voor ontslag oplevert, leidt niet altijd tot ernstige verwijtbaarheid voor de werknemer.

Ontslag op staande voet betekent dus niet per definitie dat de werknemer ernstig verwijtbaar handelde. Daarom moet de rechter volgens de Hoge Raad ook bij een terecht ontslag op staande voet altijd onderzoeken of de werknemer wel of niet recht heeft op een transitievergoeding. En de werkgever die een werknemer terecht op staande voet ontslaat, moet er rekening mee houden dat hij toch een transitievergoeding aan werknemer verschuldigd is.

Slot
Heeft u vragen over ontslag op staande voet of het recht op transitievergoeding? Neem dan gerust contact door te bellen naar 06-338 24 563. Of stuur een e-mail naar info@groenenboomadvocaat.nl. Wij helpen u graag!

Deel dit bericht via