Auteur: mr. drs. Harry Groenenboom
Een werknemer van PostNL weigert om naar de bedrijfsarts te gaan. Want die werkt samen met de AIVD, beweert hij. Wat moet je daarmee als werkgever? PostNL schort het loon op en tracht de werknemer te ontslaan. Hoe loopt dit af bij de kantonrechter?
De feiten
Werknemer werkt voor PostNL als chauffeur voor 9 uur per week. Hij meent dat de AIVD hem achtervolgt. In zijn eigen beleving ontmaskerde hij al tien collega’s als handlangers van de AIVD die ook in het complot zitten. Zijn werkgever maakt zich zorgen en meldt werknemer ziek. Werkgever wijst werknemer op zijn verplichting om zich door de bedrijfsarts te laten onderzoeken. Werknemer weigert dit omdat PostNL hem naar zijn mening ten onrechte ziek meldde. PostNL vroeg ook een deskundigenoordeel aan bij het UWV. Maar het UWV geeft aan niets te kunnen doen omdat werknemer weigert een gesprek te voeren met de verzekeringsarts van het UWV.
Opschorting loon
Werkgever waarschuwt werknemer dat zijn loon wordt opgeschort op grond van artikel 7:229 lid 6 BW als hij niet naar de bedrijfsarts gaat. Werknemer werkt opnieuw niet mee, waardoor werkgever het loon daadwerkelijk opschort.
Opzegging arbeidsovereenkomst
Vervolgens zegt PostNL de arbeidsovereenkomst met werknemer op omdat er geen wederzijds vertrouwen meer is. Daarbij bewandelt PostNL niet de wettelijk voorgeschreven route van ontslag via de kantonrechter of via het UWV.
Oordeel kantonrechter
Werknemer gaat naar de kantonrechter. Hij vraagt primair vernietiging van de opzegging en toelating tot de werkzaamheden. Ook verzoekt hij uitbetaling van het ingehouden loon. PostNL doet een tegenverzoek, namelijk dat de kantonrechter de arbeidsovereenkomst ontbindt. Als reden hiervoor noemt PostNL artikel 7:669 lid 3e BW (verwijtbaar handelen) in samenhang met artikel 7:660a BW dat over de verplichtingen van een werknemer bij ziekte gaat. PostNL meent dat werknemer niet aan zijn verplichtingen voldoet omdat hij nalaat de bedrijfsarts te bezoeken.
PostNL erkent bij de rechter dat de opzegging van de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig is. Het ontslag werd immers niet verleend via het UWV of de kantonrechter. De kantonrechter wijst daarom het verzoek van werknemer om de opzegging van de arbeidsovereenkomst te vernietigen toe.
Ook bij de kantonrechter beweert werknemer dat de AIVD hem bespiedt, en dat hij al tien collega’s die hem namens de AIVD in de gaten houden, ontmaskerde. Ook zegt hij dat hij niet naar de bedrijfsarts wil omdat die ook voor de AIVD werkt, en ervoor zal zorgen dat hij ontslagen wordt.
De kantonrechter oordeelt op grond van de verklaringen van werknemer dat werkgever voldoende reden had om werknemer ziek te melden en niet meer toe te laten tot het werk. Het verzoek van werknemer om loon door te betalen en weer tot het werk toe te laten wijst de kantonrechter daarom af. Op grond van artikel 7:629 lid 6 BW heeft werkgever het recht om het loon op te schorten.
Ook het verzoek van PostNL tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst wijst de kantonrechter af. Reden daarvoor is dat niet zeker is dat de weigering van werknemer om de bedrijfsarts te bezoeken verwijtbaar is. Die weigering kan ook voortkomen uit zijn ziekte. Zolang werknemer de bedrijfsarts niet bezoekt, geeft de kantonrechter hem het voordeel van de twijfel. Wanneer werknemer wel naar de bedrijfsarts gaat en de bedrijfsarts vaststelt dat zijn weigering om naar de bedrijfsarts te gaan voortkomt uit ziekte, kan werknemer alsnog doorbetaling van salaris en toelating tot het werk eisen. Wanneer werknemer echter nalaat om naar de bedrijfsarts te gaan, kan werkgever hem na twee jaar ontslaan wegens ziekte. Het ingehouden loon hoeft werkgever dan niet alsnog aan werknemer uit te betalen.
De kantonrechter zegt met zoveel woorden dat van een grote werkgever als PostNL kan worden gevraagd de arbeidsovereenkomst in stand te houden. Wellicht zou het oordeel bij een kleine werkgever anders uitvallen.
De hier besproken uitspraak vindt u hier