Dat een werknemer zijn werkgever voor slechts een klein bedrag benadeelt, maakt voor de rechtsgeldigheid van een ontslag op staande voet vaak niets uit. In een uitspraak van 6 september laat het hof ’s-Hertogenbosch een ontslag op staande voet in stand. Dit terwijl de werknemer voor slechts tien euro zijn werkgever benadeelde.
De feiten
Werknemer werkt aan de kassa in een restaurant. In september 2017 ziet zijn manager dat werknemer op de kassa een bestelling annuleert, maar toch producten meegeeft aan de klant. Als de manager de kassamedewerker daarmee confronteert, slaat werknemer alsnog de bestelling aan op de kassa. Hij betaalt de bestelling uit zijn eigen zak. Hij kan geen wisselgeld aan de klant geven omdat die al is vertrokken.
Naar aanleiding van dit incident vermoedt de werkgever dat de kassamedewerker de financiële richtlijnen overtreedt. De verdenking van werkgever is dat werknemer het geld van de klant in zijn eigen zak wil steken om het voor zichzelf te houden. Camerabeelden bevestigen dit vermoeden. Daarop is duidelijk te zien dat werknemer letterlijk het geld van de klant in zijn eigen zak steekt. Het gaat om een bedrag van tien euro. Werkgever confronteert werknemer met deze camerabeelden. Werknemer kan geen verklaring geven voor zijn gedrag.
Werkgever schorst vervolgens werknemer om nader onderzoek te doen naar andere geannuleerde bestellingen. Uit het onderzoek blijkt dat werknemer de binnen het bedrijf geldende Financiële Richtlijnen voor Restaurantmedewerkers overtrad.
In een wederhoorgesprek confronteert werkgever werknemer met de uitkomsten van het onderzoek. Opnieuw kan werknemer zijn gedrag niet verklaren. Het feit dat de kassamedewerker geld van een klant in de eigen zak stopte, is voor werkgever voldoende reden voor ontslag op staande voet. Daarbij speelt mee dat van een kassamedewerker een hogere mate van integriteit mag worden verwacht. Ook kreeg de werknemer slechts een week eerder een officiële waarschuwing voor het pakken van producten zonder toestemming en zonder te betalen.
Artikel 4.3 van de Financiële Richtlijnen bepaalt dat het geld dat een klant aan de kassamedewerker betaalt, op de kassa blijft liggen tot de gast zijn wisselgeld ontvangen heeft. De kassamedewerker moet het bedrag noemen dat de klant terugkrijgt, en duidelijk hoorbaar terugtellen voor de klant. Na het voltooien van de kassahandeling moet de kassa direct worden gesloten. Aan deze regel hield de werknemer zich duidelijk niet.
Werknemer vecht zijn ontslag aan bij de kantonrechter. Die laat het ontslag op staande voet in stand. Werknemer gaat vervolgens in hoger beroep bij het hof in ’s-Hertogenbosch.Oordeel hof
Het hof overweegt als eerste dat de gedragingen die werkgever in de ontslagbrief noemt, inderdaad plaatsvonden. Dit blijkt uit de videobeelden en de verklaringen van de klant zelf.
Vervolgens beantwoordt het hof de vraag of die gedragingen voldoende zwaarwegend zijn om het ontslag op staande voet te rechtvaardigen. Daarbij overweegt het hof dat het voor werkgever van essentieel belang is dat kassahandelingen juist worden verricht. Aan de kassa’s wordt het geld verdiend waarop de hele organisatie draait. Als daar geld verdwijnt, loopt de organisatie direct gevaar. Werkgever mag daarom strikte naleving van de kassarichtlijnen, waaronder de Financiële Richtlijn, verwachten.
Werknemer beweert dat hij de Financiële Richtlijn niet had gelezen en dat die hem niet werd uitgelegd. Het hof verwerpt dit verweer. Werknemer had schriftelijk verklaard dat hij kennis had genomen van de richtlijn en die zou naleven. Hij had bovendien al een groot aantal dagen kassawerkzaamheden verricht en mocht met een medewerker meekijken voordat hij begon. Werkgever mocht er daarom op vertrouwen dat werknemer de Financiële Richtlijn kende. Maar ook los daarvan moet voor een kassamedewerker duidelijk zijn dat de gedragingen die hier aan de orde zijn niet door de beugel kunnen.
Het hof ziet ook geen enkele rechtvaardiging voor het feit dat werknemer het geld van de klant in zijn eigen zak steekt. Werknemer beweert dat hij dit geld zo veilig mogelijk wilde bewaren tot de kassaprocedure zou zijn voltooid. Maar het hof oordeelt dat hij moest begrijpen dat dit voor werkgever geen geloofwaardige verklaring kon zijn.
De les
Deze werkgever heeft zijn zaken goed op orde. Er is een beschreven beleid. De werknemer tekent ervoor dat hij dat kent en zich daaraan houdt. Ook krijgt hij de kans om in een wederhoorgesprek zijn kant van het verhaal te vertellen. Verder kan de werkgever duidelijk maken dat strikte handhaving van de Financiële Richtlijnen van groot belang is voor de organisatie. Daardoor staat de werkgever sterk in deze rechtszaak. Ondanks het feit dat het maar om tien euro ging.
Slot
Heeft u te maken met ontslag op staande voet? Of heeft u daar vragen over? Bel dan naar 06 – 338 24 563. Of stuur een e-mail aan info@groenenboomadvocaat.nl. Wij helpen u graag!
De hele uitspraak vindt u hier